2006-03-12: Nepal: Ulleri wraakt 5 maanden geen sport en een slechte maaltijd

De tweede dag is k**! Op het programma staat een lange tocht naar boven. We zijn gisteren gestopt omdat we te moe waren. Ik wou eerst nog wel naar boven, maar was blij toen ik uiteindelijk zat in de lodge.

Als ik wakker wordt voel ik me aardig goed. Lijkt erop dat mijn lichaam zich heeft hersteld van de eerste klimdag en de diaree die me al dagen achtervolgd, weg blijft. Ik hoop dat het vandaag over is. Iedereen is bij het ontbijt, zij het dat het koppel Herbert en Margreet wat later is vandaag. In de tussenrijd loopt Helen, het kind van de Duitsers, de hele toko al weer bij elkaar te schreeuwen.

Als de zakken weer op de rug zitten wordt het echt loodzwaar vanaf het eerste moment. Het is niets vergeleken met de locals die we onderweg tegenkomen. Die dragen 50 tot 60 kilo aan bladeren en andere goederen op de rug, waarbij ze hun hoofd gebruiken om het gehele gewicht naar boven te drukken. Wie zijn wij dan? Er komt bij ons zweet en een scheet uit gaten waarbij ik niet wist dat ze er waren. Langzaam voel ik me slechter en slechter worden. Ondanks dat we onze eerste blik richten op de Annapurna South, die haar witte bergtop laat zien. We gaan daarheen en het wordt nog een lange weg.

Mijn lichaam haalt alle laatste restjes energie weg uit mijn lichaam. Tussendoor stoppen we even op de klim van waarschijnlijk 2 uur. De trappen gaan steil omhoog zonder afdaling of horizontaal vlak. Treden die soms te groot zijn om in een keer te nemen, doe je met twee stappen en je denkt dat dit een alternatieve Nijmeegse vierdaagse is. Je maakt alleen niet de kilometers, maar je drukt je gewicht 800 meter in een stuk omhoog de berg op boven de macht van je knieën

Als we Ulleri hebben overwonnen en nadat ik mezelf mentaal naar beneden kijkend naar boven heb gepusht rusten we bij een lodge van Purna’s keuze. Hier stort ik in. Ik bestel een thee maar krijg hem niet weg en wetende dat ik wat moet eten, krijg ik geen hap weg. Ik hang voorover in de warme zon en voel een koud en klam gezicht. Luisterend naar mijn lichaam realiseer ik me wat er aan de hand is. Na de zoveelste keer een tijd te hebben doorgebracht op de wc, vergeet ik mijn enige toiletrol, realiseer ik me achteraf. Ik meld iedereen eerst maar eens even wat er aan de hand is en Herbert vind dat het niet verstandig is om ijlend van een berg af te rollen. Maar het is me ook de eer te na om niet even door te gaan en eerst te kijken hoe het gaat. Herbert die inmiddels me al aardig kent, weet dat ik het niet zou zeggen als ik het niet wou proberen.

Zwetend en klam lopen we verder en er is nog een flinke trap na Ulleri. Purna, the big boss, is achter me gaan lopen en de rest loopt gestaag maar snel verder van me af. Ik trek t eigenlijk niet en elke stap voel ik de laatste energiereserves door mijn lichaam knallen. Er is niet veel meer. Purna vraagt me tot 3 x toe of hij mijn tas kan dragen en ik de zijne en ik weiger vanzelfsprekend. Ik breng mijn eigen tas wel omhoog! De laatste keer doet hij het zelfs met forse stemverhoging en zegt hij dat ik medicatie moet nemen. Maar daar ben ik geen held in. Geen medicijnen als het niet hoeft voor mij. Ik heb ORS bij me en ik denk dat ik dat zomaar eens even aan mezelf ga toedienen om de zoutniveaus weer een beetje aan te vullen. Het is me in ieder geval de eer te na dat ik de tas niet zelf naar boven zal dragen. Dan kan ik net zo goed thuis blijven. Ik zal die trektocht maken, goedschiks of kwaadschiks en op eigen kracht. Dan duurt het maar wat langer. Na de tweede stemverhoging weiger ik nogmaals en kijk Purna even goed aan en zeg hem dat ik bij het volgende station wel voor mezelf zorg. Elke stap is als een complete nieuwe voetbalwedstrijd en niet alleen de spieren doen zeer, alles doet zeer op het moment.

Ik heb de hoofddoek om mijn kop gedaan tegen het zweet. Johhny Depp is er niets bij in de “Pirats of the Caribbean”. Bij het volgende station gaan we zitten en eigenlijk is het laatste stuk langs me heen gevlogen. De concentratie zat bij de volgende stap en niet bij de omgeving om me heen. Na een ORS en een stevige noodlessoup met extra veel zout voel ik me weer helemaal opklaren. Gelukkig maar. We blijven iets langer zitten en ik krijg weer babbels. Dan is er ook niet veel meer aan de hand en kunnen we weer verder.

De rest van de trip is het meer vlak lopen en met kleine stijgingen door groene jungle en langzaam lopen we de sneeuw in. Onderweg begint het weer zacht te regenen, waarop we de hoofddoek vervangen voor een capuchon en waterzak om de backpack. Het gaat ook goed nu en ondanks dat ik nog steeds achteraan loop, geniet ik weer van de omgeving. Het is erg bijzonder hier. Op alle bomen zitten groene mossen. Het is niet een subtropische jungle, maar een vochtig bos waar alles groen en mooi is en met een simpel klein pad er tussen door, waarop al eeuwen lang handel wordt bedreven tussen de bergdorpen. Bijna onvoorstelbaar dat al die locals continue lopen over deze soms aftandse stukken.

Voor mij was de combinatie van het slechte eten, de bacteriën in mijn lichaam, het lange tijd niet sporten en de samenhang in deze ochtend dat me zo slecht liet voelen. Normaal had ik de Ulleri gelopen alsof er niets aan de hand was, maar we hebben het gered.

Onderweg komen we Michiel tegen, een Nederlandse jongen die alleen de bergen is ingetrokken met een gids. De Duitsers staan net weer op als we binnenkomen We zitten om een groot vuur waar ik mijn kleren wat laat drogen en waar we bijpraten onder het genot van een thee.

De tweede dag was afzien misschien. Na 1,5 a 2 uur Ulleri, 2 uur groene jungle met regen en sneeuw en als laatste nog een kleine steile klim komen we aan in het dorp Gorapani. Hier zitten blijkbaar Maoïsten en Purna heeft ons al gewaarschuwd dat we een bedrag moeten doneren. We zullen wel zien. Ze krijgen ons geld niet zomaar! Ook al merk ik meteen dat Margreet er al meteen helemaal klaar mee is.

De Duitsers, 4 engelse grieten, en wat anderen wachten op ons en voldaan nemen we plaats aan de grote ronde vuurhaard om ons op te warmen na een warme douche en tussen de stinkende sokken en slipjes van de mensen om ons heen en natuurlijk van mezelf. Het heeft wel een bepaalde romantiek. Vanuit het hotel is de eerste view te zien over de gehele range van bergen waar we naar toe gaan. Echt schitterend. Het is een klein beetje bewolkt en het donker valt al snel in.

We eten goed en het gaat er ook goed in. Voel me na een uur rusten weer helemaal voldaan en fantastisch. Ik had dan ook een goed gesprek met de Duitser Michael, die vertelde over zijn beslissingen om met de familie en een jong kind van 6 op stap te gaan en de wereld te zien, gedurende een jaar. Helen zit blijkbaar tussen de kleuterschool en het basis onderwijs en het is een perfect moment om er tussenuit te knijpen. Helen pakt het goed op en spreekt beter engels als wij bij elkaar, terwijl ze nooit engels heeft geleerd op school en ze lijkt zich prima te redden. Michael en zijn vrouw waren respectievelijk leraar autotechniek en sales manager en zijn er gewoon tussenuit geknepen. Heerlijk die mensen die beslissingen durven nemen en het verhaal van de Duitsers bevalt me erg goed.

Morgen gaan we naar Poonhill op 3200 meter hoogte. Dat is een klim van een klein uur en er is veel sneeuw gevallen dus we moeten wat extra rekenen volgens Purna. We gaan uiteindelijk om 5 uur in de ochtend klimmen om de zonsopgang te zien, terwijl de anderen om ons heen rond half zes zullen gaan. Het zal allemaal wel en ben liever op tijd.

Het is redelijk koud op de kamer en kleed me goed aan om het goed warm te houden. Onze gids “Porno” is flink aan de Raksi geslagen en dat is goed te merken. We spreken af dat we hem opzoeken in kamer 3 als we weg willen naar Poonhill. Ik heb geen wekker, dus buurman Alex zal mij weer wakker maken om 04.45 uur. Laat de dag van morgen maar weer komen. We zijn er bijna klaar voor en de nacht begint met een stukje rozenkwarts en het bekijken van de dikke Chinese boeddha om mijn nek.


Doorsnede Annapurna basecamp trektocht op basis van opgeslagen punten in excel




Doorsnede Annapurna basecamp trektocht op basis van opgeslagen GPS tracks (exclusief Poonhill -3200 m)

 



Gelopen route. Plaatje gemaakt op opgeslagen tracks van GPS