2006-01-23: Pakistan: De weg naar Uche Sharif

Het is 24 februari en we staan aan de grens bij India na een grappige en leuke ceremonie, waarbij de landen Pakistan en India hun vlaggen strijken voor zonsondergang. Het is een maand geleden dat we naar het hoge noorden reden waar ik een van de mooiste omgevingen heb gezien in mijn leven. Het is een tijd geleden dat ik de computer ter hand heb genomen om het allemaal op te schrijven wat we meemaken, maar in ieder geval was het de moeite om een rustpauze in te lasten met het schrijven van verhalen.

Gisteravond in Mirpur aangekomen waren we best moe en wederom hebben we de politieagenten in charge uitgemaakt voor toeristschaduwen. Het is lachwekkend hoe de agenten je achtervolgen en niet meer loslaten. Sinds Sibi zijn ze bij ons, maar je wordt er eigenlijk niet vrolijk van. Deze agenten waren echter schappelijk. We konden de auto achter het politiebureau parkeren en natuurlijk staan er dan ook meteen 15 agenten om ons heen. Er is een agent die goed engels spreekt. Deze jonge man gaat ook alleen met ons mee en zonder problemen worden we door het kleine Mirpur rondgeleid. Olivier voelt zich niet lekker en gaat bezig met de computer, zodat ik er later achter kan kruipen. Sarah, Herbert en ik lopen de kleine straat in waar Herbert een paar DVD’s koopt en ik een fijn ei in olie gebakken voorgeschoteld krijg. De agent in normale kleding, die we erg waarderen, laat me uiteindelijk gaan en loopt met de andere 2 mee. Ik duik een internetkantoor in en een zwerm kinderen achtervolgt me. Het is normaal dat je een zwerm van 15 kinderen achter je aan hebt lopen die Sufi “aanbidden”. In het kantoor willen ze me oplichten en als ik uiteindelijk een goede prijs heb voor de trage verbinding klapt de stroom eruit. De stabiele stroomvoorziening in Pakistan, die over een wirwar van bovengrondse leidingen door de stoffige straatjes aan elkaar is geknoopt begeeft het om de haverklap en er is hier een echt probleem mee in Pakistan. Balend loop ik terug naar de anderen en de agent die aan het einde van de avond zweet op de kop staan. Tijdens de rit terug wordt ik nog uitgenodigd door twee afzonderlijke mannen om bij hen thuis een kop koffie te drinken en eventueel te overnachten wat ik afsla, want we hebben een goed locatie nu en ik wil nog op de computer werken. De Engelssprekende agent begeleid me in het politiekantoor, waar ik zo brutaal was om een bureau te kapen. Onder het genot van een kop thee laat ik wat foto’s zien van de reis tot nu toe.

Een van zijn collega’s maakt Sufi van me. Sufi betekent een islamitische Mysticus, die als eigenschap een grote baard heeft. Aangezien vanaf Instanbul mijn haar op de kin en bovenlip de vrije groei heeft gekregen, betekent dat nu dat ik alweer een nieuwe bijnaam heb gekregen van de locals. Na Tijhuis, kapitein roodbaard en vele andere oude bijnamen is het nu voorlopig Sufi geworden.

We rijden vandaag een lange weg naar Uche Sharif, wat het begin wordt van het midden van Pakistan. Hier liggen ook Bahawalpur en een fort in de woestijn, waar we kort langsheen komen. Op aanspraak van Sarah gaan we eerst naar Uche Sharif om vanuit hier de andere zaken te bekijken. Ook het natuurpark achter Bahawalpur komt nog aan de orde als het goed is.

Helaas hebben we nog geen Lonely Planet kunnen kopen, die geen bijbel is voor ons en zoals Sarah het boek wel graag gebruikt. We doen alles op de kaart van Phil de Lange. De “Nelles” kaart van Pakistan geeft de nodige sites weer en heeft tot nu toe zijn diensten al bewezen. De weg over de hobbelige straten onder politiebegeleiding is lang en voert over een weg die in aanbouw is. We stuiteren letterlijk de weg over en gaan van links naar rechts. De systematiek is me geheel onduidelijk, maar de Pakistaner zijn er duidelijk aan gewend. Huifkarren, ezels, kleinvee, riksja’s, auto’s, trucks en voetgangers. Alles loopt door elkaar en de infrastructuur is duidelijk aan vernieuwing toe. Een leuke combinatie. Aan het einde van de middag zijn we op de plek van bestemming, Uche Sharif.

Ondanks het lekkere weer en de groene weiden om ons heen was ik wat chagrijnig en kwaad op Herbert, maar waarom is me nu totaal onduidelijk. Soms heb je dat, maar weet je meteen dat het ook niet echt belangrijk was. Uche Sharif is een oude moskee en wat mausolea die voor een deel vergaan zijn, maar de gebouwen en omgeving zijn echter schitterend. Aangezien het een helblauwe hemel is met een temperatuur van boven de 25 graden lopen we stijf naar boven. Soms zit je te lang in de auto en vandaag was het er een dag van.

In de groene weide zien we de eerste hordes groene papagaaien en worden er enkele zwermen duiven vrijgelaten, waarbij groepjes mensen de duiven schreeuwend wegjagen van de vrijlatingplek. We hebben een mooi uitzicht over het landschap. Het midden van Pakistan is in het groen gehuld met gras van 30 cm en verschillende forse bomen en vegetatie. De gebouwen “Tomb of Baha Al-Halim uit de 14e eeuw na Christus” en “Tomb of Nauria uit de 15e eeuw na Christus” zijn nog halfronde tempels opgebouwd met blauwe stenen. Ze zien er wel gaaf uit en de papagaaien hebben er hun thuisbasis van gemaakt en vliegen vrolijk rond de tombes.

Voor de moskee die met besneden hout is uitgevoerd zit een man in het licht van de laaghangende zon. Diverse mannen bedelen om geld of om een donatie voor het oude dak. Ze proberen ons echter om manipulatieve wijze naar de plek te krijgen waar het geld verzameld wordt en ik weiger principieel. Op de weg naar buiten loop ik tegen een groep dames, waarvan er enkele zonder hoofddoek lopen en vriendelijk lachend schieten we de nodige foto’s. Dit keer kan ik ze zelfs een hand geven….weer een bijzondere verandering bedenk ik me achteraf.

Uche Sharif was zeker de lange rit waard en als we de agent vragen om ons AUB “vrij” te laten, weigert hij natuurlijk. We moeten onder politietoezicht slapen, terwijl we hier in de vrije natuur willen pitten tussen de papagaaien. Bovendien is het weer heerlijk en daar willen we van genieten, maar ja. We zijn filmsterren en leven nu eenmaal achter de gesloten politiedeuren van Pakistan en ik baal nog harder als ik daarvoor deed.

We parkeren de auto’s voor het politiebureau, waar ik blijkbaar direct op aport moet komen om een cola te drinken met de hoofdinspecteur ter plekke en ik weiger weer principieel. Hij komt maar naar mij. Vandaag hoef ik niet zonodig de vriend van de politie te zijn. Wat mij betreft kunnen ze opzouten en ik reageer dan ook zo. De man laat wel weten dat hij Sander, de Nederlander in de riksja op bezoek heeft gehad en al snel wandel ik met de anderen naar de bazaar om boodschappen te doen voor het avondmaal. Hier vind ik bijna een simlock vrij toestel. Herbert en ik hebben immers een Pakistaanse sim, maar mijn toestel is niet simlock vrij helaas en kijk dan ook stiekem uit naar een ander tweedehands toestel, waarmee ik goedkoop kan bellen en sms’ en naar Nederland.

Samen met Olivier maken we een heerlijke frisse pasta met tomaten en neem ik de route nog eens onder de loep en de af te leggen kilometers. Ik realiseer me dat we te weinig tijd hebben om en alles te zien, naar Pechawar te gaan, naar Bahawalpur te gaan en voldoende tijd te besteden aan het noorden, wat voor mij een absolute must is. Na een gesprek met Herbert besluiten we direct door te rijden naar Islamabad in een zo kort mogelijke en snelt mogelijke route en bespreken dit met de Zwitsers. We hebben immers een deadline in Nepal te halen begin maart en dan moet het maar ten koste gaan van Bahawalpur, het fort in de woestijn en het natuurpark. Daar staat natuurlijk wel tegenover dat we door moeten rijden en onze maximale snelheid van 80 kilometer per uur moeten benutten en bespreken met de Zwitsers dat het twee dagen aanpoten wordt i.p.v. uitrusten in de eerder geplande locaties.

We proberen het Sarah duidelijk te maken dat dit ook betekend dat we om 8 uur eruit gaan en vertrekken zo niet al vroeger en ze lijkt het te begrijpen. Olivier begrijpt de ommekeer in planning en wil graag met ons samen naar het noorden rijden om elkaar te kunnen helpen waar nodig. Uiteindelijk besluiten we om er vroeg uit te gaan en vroeg te rijden en niet al te laat duiken we in bed na een mislukte actie om een film op DVD te kijken. Enkele DVD’s hebben virussen en anderen werken niet. Gelukkig hebben we WIN DVD bij ons en kijken we een deel van Tombraider in het busje van de Zwitsers. Halverwege valt iedereen half in slaap en treden we vroeger als gepland in de landrover om de nachtrust te pakken die nodig is voor de lange reis van morgen.