2006-01-02: Iran: Sunset in Firouz A Bad

OVan Buhsher willen we de mooie route pakken richting de meren die naast Shiraz liggen. Daarom gaat mijn wekker weer bijtijds en ik stap er vroeg uit. Als eerste wil ik weer naar hetzelfde hospitaal als gisteren lopen, maar bedenk me onderweg dat dit geen goed plan is. Als je ergens ziektes op wil lopen, ga dan naar het hospitaal en vooral een die minder beschermt is en redelijk open.

Gisteren hebben we de zonsondergang gezien op de Perzische golf en deze was schitterend. De zon kust het vlakke water en de feloranje ronde bloesem duikt onder de zeespiegel op zoek naar de volgende dag. Deze reiziger bracht Herbert bij het openbare toilet, waar we gisteren gezamenlijk heenliepen en die ik me nu herinner als beste optie voor mijn ochtend ritueel. Dit openbare toilet was gisteren tevens het punt waar Sarah het even niet meer zag zitten met die Iranesen en ze moest even afreageren op de schouder van Olivier. Sarah heeft het helemaal gehad met Iran en de mannen die haar beloeren, betasten en nafluiten. Ook al gebeurd het in gecamoufleerde termen, het gebeurt echter wel. En dat bevreemd me echt om dit van dichtbij te zien.

Het toilet wordt onder handen genomen door een mannetje in gele kleding en met grote plastic handschoenen aan. Blijkbaar hebben ze net pauze gehad en kom ik ze opschrikken. Na mijn ochtendplas aan de mannen te hebben gedoneerd, die het later naar de zee zullen brengen, loop ik terug naar de auto, waar ik mezelf voor de kop sla. Zoals altijd komt er na de plas de hoop en het gevoel van maagkrampen komen in no-time naar me toe en ik realiseer me dat er maar 1 weg terug is. Na de slechte dag van gisteren en de vele lekkere hapjes is het weer zwakjes allemaal. Alweer. En ik haast me naar de gele man die in de tussentijd het hele toilet al heeft afgewerkt.

De schoonmaaksystemen zijn schijnbaar erg goed in Iran. Elke avond en nacht lopen er wat mannen rond in gele pakken die de straten schoonmaken. De steden en vooral in het zuiden liggen er relatief schoon bij. Ons afval kunnen we overal gewoon langs de weg zetten en dan komt er in de avond of nacht een schoonmaakwagentje om het op te halen.

Na het hele ochtendtafereel loop ik terug waar iedereen inmiddels wakker is. Olivier haalt boodschappen. Herbert ruimt de tent en auto op en uiteindelijk zijn we allemaal weer wakker als ook Sarah haar ogen uiteindelijk open heeft. Ik wil een nieuwjaarsduik maken, maar de Perzische golf is een ware vieze zee met veel vervuiling. Grote delen zijn verkleurd van afval en verderop drijft een grote donkere bruine wolk, die blijkbaar vannacht van de kust is afgedreven, want het zag er gisteren ook zo uit aan de kust zelf. Voor we weg gaan wil ik cd roms posten zodat deze heel overkomen bij de webmaster. Dit lukt redelijk soepel, alleen ik zie aan de Zwitsers dat ze het niet leuk vinden dat ik dit doe. Ach ja elke dag moet ik wel wat op hun wachten en we gaan nooit op afgesproken tijdstippen weg, wat ik niet erg vind, maar nu moet ik even wat doen. De harde schijf zit vol en wil de foto’s weer deleten van de laptop, dus het moet maar even. Axel krijgt de foto’s wel later met de doos met souvenirs die we klaar hebben staan in de auto.

We rijden langs de kust van Buhsher en tot verveling toe van de Zwitsers rijden we ook nog een paar keer mis. Het antwoord is duidelijk. We pakken de grote weg terug en gaan zo snel mogelijk naar de meren. Mijn nieuwjaarsduik is voorlopig van de baan en dat maakt niet uit met het vieze water ook. Ik neem de duik wel bij de meren nabij Shiraz. Ik heb al met de voeten door de branding heengelopen van de Perzische golf in het nieuwe jaar want de schoenen konden wel een wasbeurt gebruiken. Dat was dan voorlopig mijn nieuwjaarsduik en de traditie is in ere gehouden.

We nemen een binnenweg en rijden in een klein dorp spontaan verkeerd en worden 3 keer op het verkeerde pad gestuurd door de locals. De weg op de kaart lijkt er te zijn, maar een kleine man geeft Herbert de nodige duidelijkheid. De weg heeft een tunnel en we moeten toestemming vragen aan een man met een zwarte snor of we er doorheen mogen. Dat kon wel weer eens vertragend werken realiseren we ons.

De weg naar de tunnel is beeldschoon en de bergen vertellen met veel verschillende kleuren en veel verschillende typen opengebroken bergen hoe de aarde een beetje is ontstaan. We stoppen diverse keren voor een foto van het geheel en even later komen we aan bij een groot hek, waar een kleine man met grote zwarte snor ons raar staat aan te kijken. Breed lachend stap ik uit en probeer met de niet wetende toeristen houding de man te vertellen dat we erdoor moeten, omdat we naar Australië moeten en met een beetje “Salam” en handje schudden komen we een heel eind. Het hek gaat even dicht, maar als de Zwitsers eraan komen gaat het hek open. Een net aankomen rijden brommer zal ons de weg gaan wijzen. We moeten eerst naar de chef om toestemming te vragen en in gebroken Engels zegt hij dat het heeeeeeeel gevaarlijk is in de tunnel, maar we mogen erdoor. De man bij het hek heeft ons uitgenodigd voor de lunch, maar dat slaan we maar over dit keer. We moeten door naar de meren.

We kunnen nu zien hoe ze de brug bouwen van dichtbij. Er zijn volop mensen aan het werk. Grindspuiters, waterleiding leggers en afvoer systemenbouwers hebben de grond en wanden los liggen. We rijden voorzichtig door de tunnel en met een beetje hoten en stoten kunnen we verder naar Firouz a bad, waar we in de buurt de avond en nacht door zullen brengen. De weg is compleet nieuw, maar staat al wel op de kaart. Niet op die van Phil, maar wel op de vernieuwde versie die we in Shiraz hebben gekocht. De kaarten zijn even groot, hebben dezelfde vernieuwde info, maar er zit alleen 11 jaar verschil in.

Onderweg rijden we langs oude vervallen bruggen, die in Nederland allang tot een bepaalde lijst zouden worden toegevoegd, dat deze behouden moeten blijven als cultureel erfgoed en we maken wat foto’s van nomaden families. Deze nomaden trekken met kuddes schapen en geiten door de bergen en slapen in tenten in de bergen. Leuk om te zien. Volgens de Australiër Dale trekken ze in de winter naar de lage aan de kust gelegen gebieden om het warm te houden en in de zomer trekken ze de bergen in met huis en haard.

Verderop staat een Landrover stil langs de doorgaande weg en deze maant ons naar hem toe te komen. Natuurlijk moeten we deze man helpen en stoppen om te horen wat we kunnen doen. We zijn immers Landrover liefhebbers nu. De man heeft 2 uitgesleten banden in de auto, waarvan er 1 aan de auto vast zat een paar minuten geleden. De man wijst naar onze auto en wil dat we een band uitlenen, wat we niet accepteren vanzelfsprekend. We bieden hem een lift aan naar Firouz a bad en de man laat de auto achter. We gooien de band achterin, zodat hij deze kan laten maken in de stad.

De zon zakt langzaam en de berg achter het plaatsje Firouz a Bad verandert in een door de zon rood geverfde eenheid, waar je niet omheen kan. Je moet kijken en de schoonheid bekijken. Soms kan de zon zulke mooie kleuren tevoorschijn toveren op landsschappen. Het is onvoorstelbaar. Het is maar een half uur voordat de zon zakt en een tiental minuten nadat deze achter de horizon is verdwenen, In deze tijd komt er altijd een gevoel van ”Life is hard !”. Ik denk dat het voor mij merendeel de mooiste momenten zijn van de dag. De zon is niet alleen het belangrijkste onderdeel van ons bestaan, maar hij verwend ons ook met prachtige beelden en als hij verdwijnt is het koud. Het grote nadeel met winter in de bergen.

De lifter met autopech zetten we eruit in de stad en met een klein bedankje verdwijnt hij de autozaak in die de band moet repareren. In het donker moeten we onze weg vinden en na enig zoeken vinden we naast een klein stadje een open plek achter wat bomen. We parkeren de auto’s en vangen aan met het zoeken van hout en dergelijke. Als er een tracktor aankomt met drie mannen, waarvan er eentje duidelijk niet ouder is als 14, worden we warm begroet. Echter we mogen niet blijven en de man maakt eerst een schuttersgebaar. Hij legt zijn armen aan zoals een jager een konijn zou schieten en we verbasen ons weer over de gebaren. Blijkbaar is het niet veilig volgens de man of het is domweg een schuttersterrein.

Als de man even nadenkt, nodigt hij ons uit om in zijn schuur te overnachten, waar we net langs heen zijn gereden. Binnen 5 minuten is er een vuur in de loods, waar stro en diervoeders liggen te drogen. We konden het wel eens fijn warm krijgen. De mannen blijven tot verveling toe in hun eigen schuur ons lastig vallen, hoe ironisch ook. Sarah blijft in de auto, want die heeft het gehad met de mannen in Iran en geeft geen kick. Na 3 keer het vuurtje te hebben opgestookt verdwijnen de mannen nadat ze de pen van ons hebben gekregen waar ze om vroegen. Ze wouden blijkbaar een souvenir en vreemd genoeg begonnen met het vragen om dollars als souvenirs.

Na een fijne waterpijp ga ik vroeg slapen en zie de anderen weer nadat de zon ons weer wakker maakt. Zij het dat er morgenvroeg een dak tussen zit.