2005-11-22: Turkije: Dogubayazit, de grensstad met vele buitenlanders

In de ochtend spring ik onder de douche en die is koud. Er is niets zo verschrikkelijk als het koud hebben en onder een koude douche wakker worden. In Nederland douche ik me bijna twee keer per dag en zeker ‘s ochtends. Of dat goed is weet ik niet maar ben dan wel wakker. Hier gaat dat wat langzamer allemaal en een goed ontbijt is ook belangrijk. Eenmaal buiten om 9 uur, de afgesproken tijd staat er niemand en we gaan op pad voor een ontbijtje bij de buurman. Als we terug lopen om half 10 komen we bij de hotel beheerder terecht die ook werkt bij de mountaineering club. Hij klimt in de zomer dagelijks op berg Ararat. Deze grote berg ligt direct naast Dogubayazit en wordt in de bijbel genoemd als de berg waar Noach is gestrand met zijn Ark. Het is wat bewolkt en we zien de berg niet goed, maar gaan even later mee met de man naar de Hamam. Hij gaat zelf ook en voor 20 YTL gaan we naar de nieuwe Hamam in de stad.

De Hamam ben ik nooit geweest. Herbert al wel, maar het is weliswaar erg lekker om te ontspannen. Na een rondje sauna, Turks stoombad, bubbelbad en koude duik in het plonsbadje, word je onder handen genomen door de Hamam. Eerst wordt je lichaam helemaal gescrubd en wordt de shampoo even goed in je lichaam gewreven en een massage volgt. Vooral de spieren van mijn nek naar de schouders zijn flink pijnlijk. Blijkbaar heeft de landrover nogal wat invloed op deze spieren. De stuurbekrachtiging wordt in deze spieren bijgewerkt.

Na de Hamam voelen we ons herboren en bezoeken we het oude paleis die uitkijkt op de stad. Een prachtig zicht op de berg Ararat, die nog met de kop in de wolken zit, zien we voor ons. Het begint weer ligt te sneeuwen en we verbazen ons over de rommel die overal ligt. De Turken gaan niet erg goed om met hun omgeving naar mijn smaak. Ik vind het erg zonde hoe alles onder de plastic en rommel zit. Het paleis is zoals je het normaal in films ziet. Grote gangen, verre uitkijk over land, minaretten en grote eetzalen. Buiten zie je de ingang naar de “Dungens” (grotten) en is verderop zijn een aantal bouwwerken op de berg te zien naast een Moskee.

In de avond gaan we het internetcafé in en hoor ik via mijn zusje dat het thuis en met Marian allemaal goed reilt en zeilt. Daarna kan ik de mail weer bijwerken die nog open staat en spreek nog met Paula en schrijf eindelijk de mail naar Han en Betsy die ik al lang in de kop had zitten. Het voelt alsof ik weer op pad kan de wereld verkennen.