Reisweek
34: Week 17: Van Varanasi naar Gwalior
Overview
Onderweg van Varanasi naar Gwalior heb ik het erg heet gekregen. Het is onwaarschijnlijk hoe heet het wordt in de zomer en het wordt alleen nog maar warmer schijnt het. De temperaturen zijn rond 8 uur in de morgen al boven de dertig en wordt het onhoudbaar om in de tent te blijven liggen. Deze week heb ik wat ongelukkige plekken gehad waar de Landrover stond, die ook direct in het eerste zonlicht stond in de morgen en dat leert snel. Overdag reizen de temperaturen tot boven de 40 en temperaturen van 46 graden zijn niet ongewoon in dit deel van India.
Het was wel een lekkere route die ik heb getrokken, maar met veel onzekerheden en veel autopech. Het zat even flink tegen onderweg, maar het was vooral de aandacht die ik heb gericht op de olieniveaus van de Landrover na de start van de lekkages in Varanasi. Aan het einde van de week lijkt het eigenlijk wel voldoende goed te gaan om te zeggen dat ik normaal verder kan reizen. Het blijft toch een lekbak nietwaar. Daar staan de Landrovers om bekend.
Ik heb een nieuwe formule bedacht om de resterende reisweken mee uit te werken. De huidige manier van schrijven is ontzettend veeleisend in tijd en ondanks dat ik het leuk vind om te doen, wil ik meer reizen en minder computeren. Het is gewoon te heet om dat te doen en bovendien heb ik meer uren nodig voor onderhoud aan de auto en regelen van andere zaken en daarom heb ik maar gekozen om op een iets andere manier mijn reizen vast te gaan leggen. Daarnaast moet ik na India ook met de rugzak en dan heb ik ook geen laptop meer bij de hand. Ik ben echter welvastberaden om door te gaan met schrijven, want ik vind het leuk en het laat me alles een tweede keer beleven en vind dat ik voor mezelf mijn gedachten moet blijven opschrijven zoals ik vind dat ze zijn. Dat heeft deze reis ook initieel bedacht, ontworpen, ontwikkeld en uiteindelijk gerealiseerd en dat gaat mij uiteindelijk naar Australië brengen. Daar waar het voor mij persoonlijk eigenlijk allemaal mee is begonnen. Er is wat verandert in deze reis buiten mijn directe inbreng. Maar door de gebeurtenissen wordt het je wel weer even helder wat je zelf wilt en waarom je er zelf aan begonnen bent. Dit schrapt even alle buitenschillen weg. Hierdoor hou je over, wat voor je belangrijk is en dat gaan we nu nastreven.
Route
Na de boeddhistische plekken in Kushinigar en Sarnath en het mystieke Varanasi ben ik deze week naar Gwalior gereden. Er waren nogal wat problemen met de Landrover, die veel tijd hebben gekost, maar uiteindelijk heb ik toch gekozen om via binnenwegen naar Khajuraho te rijden en dat was een pittige weg. Later las ik in de Lonely Planet, dat dit een van de ergste en slechtste wegen was in India momenteel. Overal zaten gaten en hobbelend met een gangetje van 20 km/h slingerde ik tussen de platte karren, loslopend vee en mensen met waterpotten op de kop.
Het eerste stuk van Varanasi naar Allahabad was goed te doen over een goede weg. Ik zat eraan te denken om direct naar beneden te rijden en de grote weg aan te houden het eerste stuk, maar aangezien er op 3 a 4 verschillende plakken olie onder de auto wegkwam heb ik de grote weg naar Allahabad aangehouden om met frequente regelmaat alles na te lopen aan de Landrover.
Na Allahabad waar ik de nacht heb doorgebracht bij een superluxe hotel, ben ik doorgereden naar Chitrakoot de dag er na. Hier heb ik in de middag een lunch genomen en dat was waarschijnlijk de eerste Thali die ik kreeg, al vertrouwde ik het niet. Bij binnenkomst stonden er al direct personen uit “comedy capers” op me te wachten om me 10 Roepies te ontfutselen, waarop ik de Landrover direct verderop heb geparkeerd. De eerste locals die ik in dit “mini varanasi” tegenkwam waren ook geldwolven. De 2 hotels wouden me niet aannemen als gast en ook mijn standaard verhaal, dat dit het eerste hotel is die niet meewerkt, kon hier niets aan verhelpen. Uiteindelijk is het heet rond de middag en heb ik een extra colaatje gescoord en ben snel verder gereden naar de volgende plaats. Ik had er geen zin meer in en reed snel verder naar Khajuraho, waar ik aan het einde van de middag terecht kwam.
Onderweg was een bewakingspost. De oudere man bediend een hefboom en mensen moeten hier stoppen. Op de heenweg ben ik doorgereden en een heftig zwaaiende man achter me latende. Ze willen alleen geld vaak en het levert vertraging op en daar had ik geen zin. Wat wil die dan ook doen. Op de terugweg van Chitrakoot had ik geen keus en stopte hij me. Echter een jonge gast bediende de hefboom en op het moment dat achter mij een lokale riksja verschijnt en de hefboom weer ophoog gaat, heb ik het gaspedaal ook ingedrukt. Ik heb de man even uitgezwaaid, maar hij was enigszins verbouwereerd. Ik wordt al bijna ervaren van het omzeilen van officiële instanties en de personen die erbij betrokken zijn.
Onderweg kom je ook allerlei betaalpunten tegen. Hier moet je veelal 10 roepie betalen, maar het is onleesbare tekst op de bon en er staat alleen een man met een stok. En daar ga ik geen tol aan betalen. Ik heb meerdere malen al gewoon doorgereden en als ze dat niet wouden heb ik de auto gewoon geparkeerd midden voor de doorgang en lieten ze me vanzelf gaan. Vaak doet een beetje Nederlands wonderen in India. Die stomme toeristen ook altijd.
In Khajuraho heb ik een paar dagen doorgebracht tussen de Kama Sutra tempels en geslapen tussen een aantal locals voor een hotel, waar ik de douche kon gebruiken. Erg low budget en best grappig om zo tussen de locals in te komen staan. Ik weet niet wie het nu leuker vonden. De locals en de kinderen die rondom de auto spelen of ik die beschutting heb voor een eurootje. Die Landrover brengt je nog eens ergens.
Orchha was een klein plaatsje voor Jhansi, een wat grotere stad. Hier zouden mooie tempels staan en een er zou een fijne rust heersen. Hier ben ik voor het eerste weer tussen de toeristen gekomen. Ik had de nodige dagen rust genomen en het werd nu weer tijd om in het vrijblijvende backpackers wereldje terecht te komen. Ik ben hier 1 dag gebleven en heb voor een hotel geslapen in de tent aan de openbare weg. De douche was hier niet meer dan een emmertje met water in een naar pis en stront stinkend hol, maar ja dat mag de pret niet drukken. De eisen en wensen voor een reis als deze zijn nogal naar beneden verandert. Als ik me maar kan wassen, dan is het goed.
Verderop op de weg naar Agra zijn onder andere Jhansi en Gwalior te vinden, maar ik ben toch afgebogen naar Shivpuri, waar een natuurpark te vinden is. Volgens de Lonely Planet zou ik hier doorheen kunnen rijden met de Landrover en daarnaast kunnen zwemmen met pythons en krokodillen. Dat is een leuke uitdaging, maar ter plekke aangekomen en de nodige informatie borden te hebben bekeken, bleek dat ik er maar 1,5 uur in mocht, niet mocht zwemmen en het was vandaag gewoon te heet om niet af te koelen. Ik ben maar doorgereden en heb het geld in de zak gehouden. Naast het natuurpark waren er de nodige “Chhatris” te vinden. Dat zijn een soort zomerverblijven van belangrijke mensen. Vaak zeer geometrisch opgebouwd in een oase van rust om gasten te ontvangen en te relaxen tijdens hete dagen. Misschien moet ik zelf maar eens een Chhatris bouwen als ik de ruimte heb gecreëerd.
Ik had het hier direct aan de stok met de bewaker. Het was direct na de pauze dat ik binnenkwam om 15.00 uur en ik had de schoenen nog aan. Rustig lopende kwam de man luid schreeuwend naar me toe en maande me de schoenen uit te doen. Het was niet voldoende om ze aan mijn tas te hangen en moest ze buiten de “chhatris” plaatsen. Hij maande zo hard en sprak zo slecht engels dat ik erg eigenwijs net deed of ik niet snapte wat hij bedoelde. Dan had hij maar op zijn werk plek moeten staan terwijl ik binnenkwam. Hij heeft geen recht om zo te schreeuwen en ik zat hem daarom ook flink te plagen. Hij wees de plek aan, maar wou geen energie verliezen om mee te lopen om aan te wijzen wat hij bedoelde en natuurlijk loop ik dan 3 verschillende kanten op. De man was furieus en op het moment dat ik hem bij de arm pak om mee te lopen, begint de man helemaal te schreeuwen. Heerlijk, maar dan moet hij ook maar normaal doen en reageren, al zal hij die boodschap wel niet hebben begrepen aan het einde.
Na het bezoeken van Chattris
ben ik doorgereden naar de vestingstad Gwalior om hier 2 nachten door te brengen.
Alleen de naam Gwalior voegt al extra waarde toe aan het grote fort. Het is
net een naam uit een film voor een groot fort. Al was ik niet superfit is deze
ochtend een beetje aan me voorbij gegaan toe ik het fort bezocht.
Bezienswaardigheden
De Kathedraal in Allahabad was erg gaaf om te zien. Centraal geplaatst in het centrum en met een grote rotonde erom heen. Zwalkend door het centrum heb ik daarna de stad verkend. Het is een rijke stad en heeft veel leiders aan India gegeven en dat valt te zien in de straatbeelden. De Kathedraal is de eerste kerk sinds tijden en deze is in een zeer goede staat van de buitenkant. Ik vond het leuk om er weer eens een te zien, maar hij was vooral ook mooi en een goede keuze. Helaas kon ik niet naar binnen na zonsondergang.
Ik heb mijn eerste rustplekje gevonden in de uitgestrekte landschappen van de “remote areas”. Gedurende een kwartier kon ik geheel alleen in het midden van een akkerland de Landrover even in en uitpakken om alles weer goed te leggen. Door het auto onderhoud was het nogal een zooitje en ik moest ook de tanden nog poetsen. Het water dat ik in Varanasi had gekocht is nu ook 45 graden en niet te zuipen, maar goed. Je wilt toch schone tanden. Het landschap is helemaal uitgestrekt hier en er was aan de horizon niets anders te zien als akkerland en koeien. Geen boerderijen, geen mensen, niets. Naast me stond een boerderij en de man van dit land kwam na een kwartier even polshoogte nemen. Bijzonder hoe je in steenkolen engels met een Indiër kan praten. Hij praat Hindi en ik Engels-Nederlands en met handen en voeten is iedereen blij en lijkt de ander je helemaal te begrijpen ?!.
Als ik 100 km verder rij het landschap in, verschijnen er in een keer bergen om me heen. Nou ja bergen. Heuvels is een beter woord. Ik parkeer rond een uur of 3 een keer de auto ergens en rij door een klein dorp heen, waar ze me raar staan aan te kijken. Met een halve fles water en een tasje loop ik op mijn slippers de berg op. Halverwege zijn de nodige kliffen en ik moet uitkijken dat ik niet uitglijd. Ik realiseer me ook dat ik op slippers door klein gewassen heenloop en tussen de krekels door een slang tegen kan komen, maar stap gewoon door. Ik ben er nu toch aan begonnen en dan gaan we het afmaken ook met 45 graden zonnestralen op mijn kop. Ik realiseer me onderweg ook dat ik wat apart ruik. Er is niemand op de berg en beneden staan ze in de landrover te turen en ik concentreer me op de lucht die ik ruik. Dan snap ik het. Het is de lucht van wiet. Ik loop hier gewoon tussen de wilde wietplanten door, hahaha. Overal legaal of illegaal, geen idee. Maar hier groeien ze gewoon in de natuur. Bovenop maak ik de nodige foto’s van de beeldschone uitzichten. Mijn hoed waait bijna van mijn hoofd door de harde warme lucht van minstens 45 graden, maar het gevoel wederom een top te hebben bereikt maakt veel goed.
Khajuraho staat bekend om de kama sutra afbeeldingen in de vele tempels die daar zijn. Ze zijn goed beschermd gebleven, al hebben de moslims vroeger de nodige sculpturen afgewerkt met hun zwaarden. De erotische beelden zijn afbeeldingen van groepsorgies en bijzonder posities van mensen die de liefde. Ik heb goed proberen op te letten, maar ik zal de nodige Yoga cursussen nodig zijn de aankomende maanden om straks voor te doen aan mijn vriendin, wat ik gezien heb in de tempels. Ongelofelijk wat voor posities ze vroeger al bedachten en ik heb ook de nodige plaatjes gemaakt. Misschien kan ik er straks een memory spelletje van maken.
Het is echter wel de moeite waard om de tempels te zien. Ik heb “Raki” ontmoet. Een jonge twintiger die niet voor het geld gaat en me later zijn familie heeft laten ontmoeten op het platteland een paar dagen later. Hij wist feilloos waar alle beelden zaten. Ik heb Nance al verteld wat voorbeelden mee te nemen, haha. Ze zijn erg bijzonder.
In de avond is er een lichtshow die ik niet heb bekeken. Ik heb wel op afstand vanaf het dak van een hotel gekeken naar de lichtshow, maar ik vond daarna het geld niet waard om het hieraan uit te geven. Overdag heeft raki me rondgeleid langs de oostelijke en zuidelijke tempels en de middag erna heb ik zelf de westelijke tempels bekeken om daarna uit te rusten en wat te drinken bij zonsondergang. Het zijn erg ingrijpende dagen, omdat de hitte zo op je lichaam slaat. 4 liter water per dag is niets inmiddels en je hebt echt je rust nodig. Het is lang geleden dat ik op dit langzame tempo doe wat ik wil doen, maar je hebt geen keus.
Raki, zoals ik hem noem vanwege zijn erg moeilijke naam, neemt me ook mee naar de oude stad. In dit kleine dorpje komt het khast systeem naar voren. Er zijn 4 delen voor 4 verschillende khast’s. Elke khast heeft zijn eigen ziekenhuis, school, winkels, straatjes, crematiecentra, enz. Compleet gescheiden in hetzelfde dorpje. Koeienmest wordt overal voor gebruikt. Ze maken er kookhoeken van, strijken er de straat mee aan is een brandmiddel om vuurtjes te bouwen. Tussen doorverschijnen de nodige tempels en op 1 specifieke straat grenst de hoge Brahman khast wijk aan de Lowerkhast wijk van de untouchables. Hoge stoepen verdwijnen en de koeienmest doemt op. Erg bijzonder om door een dergelijk oude stad te lopen. En overal zijn tempels, teveel tempels….
Bij de familie van Raki, krijg ik wat te drinken en er wordt onderweg meerdere malen aangeboden om vanavond terug te komen voor diner, wat ik vandaag af sla. Ik ben net over mijn maagproblemen van de afgelopen weken heen lijkt het en nog steeds aan de poeperij en ga vanavond eerst weer stevig een normale maaltijd eten. Helaas dan maar even ten koste van een kennismaking met een Indiase familie. Dat komt vast nog wel op mijn pad en anders hebben we pech.
Raki laat me dus eigenlijk het echte leven in zijn geboorteplaats zien en vraagt daarna of hij mee mag rijden naar een plaats 70 km verderop waar ik toch langs kom op weg naar Agra. Uiteindelijk gaat ook een maat van hem met ons mee, nadat ik de nodige uurtjes de Landrover in de morgen heb langsgelopen en alle olieniveaus heb gecheckt. Het is toch makkelijk zo’n onderhoudsboek van de Landrover en puntsgewijs loop ik alles langs. Ik was net fris uit bed en met die hitte heb ik een uurtje nodig om wakker te worden, maar ditmaal lag ik met een kwartier onder de auto in de schaduw. Het nadeel is wel dat ik meteen alle muskitos van de nacht onder de Landrover tegenkwam. Wat een k**beesten. Iets voor tienen komt Raki me al opzoeken, maar ik was nog niet klaar met de landrover.
Er zijn 4 lekkage punten en wellicht 3 afhankelijk van waar die lekt. Onderweg kwam ik er al achter dat waarschijnlijk het oliefilter lekt en dat de motorolieniveau toch stabiel lijkt. Alle andere niveaus zijn redelijk stabiel. Ik heb maar besloten om nog tweemaal te checken in aankomende 1000 km. Daarna weet ik zeker dat de niveaus van de fusee, (hulp)versnellingsbak(ken) en stuurhuis stabiel blijven en dat ik niet in een keer zonder olie sta. Dan knalt alles kapot waarschijnlijk en dat lijkt me niet zo’n goed plan. Ik heb nog nooit onderhoud aan een auto gedaan, maar het is eenvoudiger als verwacht eigenlijk. Als je de punten maar weet te vinden onder de motorkap en onder de auto, dan lukt het wel. Als er echt iets afknapt of breekt dan heb ik sowieso een probleem en veel vertraging, onafhankelijk van autokennis of niet. En bovendien zo kom ik nog wat meer en sneller te weten hoe het rijdende huis in elkaar zit.
Ik laat de vetnippels en het bijvullen van het oliebad voor het luchtfilter voor wat het is. De olieniveaus zijn op peil en hebben geen overmatig verbruik. Er zijn geen zichtbare gebreken en alles lijkt goed in elkaar te zitten. Gewoon regelmatig controleren en bijvullen is de enige optie. De enige schade zit op mijn armen en benen. Zwarte oliesmeer die verwijdert moet worden en als die eraf is onder de douche worden de bulten van de muskitos zichtbaar.
Onderweg krijg ik van Raki en zijn vriend de uitleg over de prostitutie in dit land, de contacten tussen moslims en Hindi, het leven op het platteland en de manier waarop hij een stabiel leven wil maken voor zijn familie. Hij zorgt voor zijn hele familie, tenminste dat probeert hij. Echter heeft hij geen geld meer om zijn studie af te maken en dat zal hem gaan opbreken denkt hij. Een nobel streven lijkt me en een station wat ik al gepasseerd ben. Nederland is toch erg anders als India.
Als we wat binnenwegen inrijden en een keer links en een keer rechts gaan, komen we uit bij zijn familie. De landrover staat midden voor het huis en alle kinderen om het dorp schaart zich om me heen om met enigszins opengevallen mond me aan te staren. Als ik lach en een pas naar voren zet, schrikken de kinderen terug. De familie ontvangt me als een ware gast en ik krijg alles te zien in het grote huis. In de hoek is een stoof van koeienmest, waar men kookt en er is een kamer waar een pasgeboren baby ligt. Ik zet het jonge gezin op de foto en loop snel door naar de ouderen mannen, die kaarten om geld. Als ik vraag wat ze feitelijk doen voor de kost, krijg ik te horen dat het te warm is om te werken. Een van de dames maakt heerlijke zoete drank voor me. Het is een soort energiedrank en aangevuld met suiker en lemon. Ook de opa en oma lopen rond en ik maak met ze kennis. Als de man binnenkomt, doet zijn vrouw haar hoofddoekje voor het gezicht en Raki attendeert me erop. Dat is om respect te tonen voor de oudere, de man van het echtpaar. Deze heeft kromme oude met spataderen gevulde benen en een stok om het kromme lichaam van circa 90 jaar overeind te houden. Als hij begint te lachen, worden de laatste 2 tanden zichtbaar. Hij komt naast me zitten en ik maak een paar foto’s. Alle mannen willen ook op de foto en nemen plaats op het rustbed en pardoes zakt deze in elkaar en begint iedereen spontaan te lachen.
De hele familie heb ik denk ik gezien en deze tientallen mensen wonen in een huis. Zelfs alle kinderen van de buren staan voor het huis en gaan mee op de groepsfoto. Het dorp ligt plat. Even geen werk meer, even geen koken, even geen kaarten. Eerst die domme toerist begroeten. Gelukkig zijn deze “echte” mensen toch aanwezig in India. Een verademing.
Ontmoetingen en overnachtingen
In Allahabad bij het luxe hotel kwam ik in contact met twee advocaten. Terwijl ik stiekem aan het nippen was van mijn netgekochte rum (aangelengd met zelfgekochte cola) in een oude krant (Amerikaanse stijl), kwamen er twee advocaten naast me zitten in de schitterende tuin van het 5 sterrenhotel. Naast het zwembad zaten we aan een tafel met naast ons verlichte palmbomen. Ik vertelde ze over de aanrijdingen en waar ik allemaal geweest was tot nu toe. We hebben de avond doorgebracht, pratende over aanrijdingen, toekomstplannen en aanvaltactieken wanneer ik vast zou komen te zitten in een Indiase cel.
Ik eindigde met allerlei tips, maar vooral met een kaartje. Mocht me wat gebeuren, dan heb ik nu in ieder geval een ingang in het rechtssysteem van India. Gekscherend vroeg ik ze of het nu beter was door te rijden na een aanrijding en ze waren helder ! Zo snel mogelijk doorrijden was hun advies. Als je een kip dood, dan was dit de kip met elke dag gouden eieren. Grappig dat zelfs deze mensen hun eigen rechtssysteem zo benaderen. Het is te gek voor woorden. Ik vroeg ze ook of er nog een khast systeem was in hun ogen en ze schoven het direct van de hand, terwijl ik overal om me heen het khast systeem terug zie. Tegenwoordig is iedereen gelijk en zeker Delhi en Mombay zijn moderne steden, vergelijkbaar met New York. Het khast systeem is van jaren terug, maar ik weet wel beter als ik goed om me heen kijk. Ze kennen ook een mannetje die me met de auto kan helpen in Delhi en hebben een adresje om te slapen voor weinig. Netwerken is toch een leuk vakgebied. Nu zit ik hier met mijn nachtmutsje in een 5 sterrenhotel in de tuin in alle mogelijke rust. En het kost me geen drol, want ik slaap hier voor nop. Live is hard.
Een van de avonden ben ik in de middle of nowhere ergens gestrand. Ik dacht de Landrover mooi achter een berg te hebben geparkeerd, maar al snel stond er een man naast me. Even later reed ik de Landrover naar het familiehuis. Het was een boerenfamilie met de nodige grond. Ik mocht logeren bij de waterpomp en zette daar mijn tent op en maakte een noodles klaar. Dit was denk ik de eerste keer dat ik niets aangeboden kreeg buiten de gastvrijheid en de plek om te slapen. Hoe verwend kun je worden bedacht ik me ook zelf en ging verder met de noodles. De familie vond het prachtig en stond de hele avond om me heen. De zoon beantwoorde alles met “thank you, thank you” en de dochters stonden allemaal op een afstandje. Het was wel gezellig eigenlijk en op het moment dat ik de tent indook, lieten ze me ook me rust om samen met de heldere hemel en de ontelbare sterren te slapen in alle rust. Dit zijn van die momenten die je niet snel vergeet na afloop en het was alweer lang geleden, dat ik zo in slaap ben gevallen. De volgende morgen om 6 uur stond de hele familie al van jong tot oud in het land wortels te trekken en groenten te plukken, maar ik bleef nog even liggen. Rond 8 uur vertrok ik en kreeg ik de opa van de familie mee in de Landrover, die niets anders als boe en ba kon roepen in Hindi. Of ik hem even wou droppen in de eerste grote stad onderweg. De weg was al slecht, maar na dit stuk werd het nog slechter. Asfalt verdwijnt compleet en via de nodige hobbels dender ik door de landschappen. De oude man had ik al gedropt in de eerste grote stad.
Hier was het ook dat ik mijn eerste lekke band moest verwisselen. Ik stond te prakkiseren hoe de band nu bij het ventiel kon lekken. Een goed voorbeeld van iemand die nog nooit een band heeft verwisseld en nu in India na 4 aanrijdingen op een kwart wereldbol afstand dit even in 42 graden hitte op gaat lossen. Na een half uurtje werk, waarvan 20 minuten in en uitpakwerk, lag de tweede reserveband erop. De eerste was al vervangen in Pakistan en ik realiseerde me dat het nu niet gekker moet gaan worden, want dan sta ik zonder reserveband als het flink tegenzit. Na 15 minuten voorzichtig rijden zie ik een bandenboer die me de band kan controleren op spanning. Ik had de lekke band ook los achter in de auto gelegd, want ik moest een oplossing hebben en laat deze ook zien aan de man. Een kwartier later heb ik voor 30 roepie (60 eurocent) een geplakte band op de motorkap liggen en kunnen we er weer tegen aan de aankomende kilometers. So simple as that! En natuurlijk lekt een band via het ventiel omdat dit de enige escape voor de lucht is…………….dombo !
Bijzondere momenten
In Khujahero neem ik aan het einde van de dag een rustmoment om de zonsondergang te bekijken in het westelijke deel. Als ik zit te wachten komen er twee vrouwen aanlopen, die vlak voor me bukken om water te drinken. Twee voorover gebogen dames, van een niet te dikke propporties. Ze hebben mij altijd gezegd als het broekie gespannen staat, dan… …. En nu na een dag pornografische afbeeldingen te hebben bekeken op deze tempels, gaan de vrouwen voor je bukken. Gebukt is genomen…….!!! Ik heb me toch maar ingehouden, maar het levert een mooi plaatje op voor de vrouwen top 52.
De avond erna zit ik in een restaurant en valt het me voor de tweede keer op. Als de zon onder is gegaan, kun je er de klok op gelijk zetten in Khajuraho. Duizenden vogels vliegen naar een aantal bepaalde bomen en verzamelen daar voor de nacht. Allemaal op een plek en met hordes te gelijk komen ze binnen een paar minuten voorbij. Bij navraag aan Raki blijken het meer als 100.000 papagaaien te zijn. Dit is al jaren zo. Ik vraag me nog steeds af waarom al die papagaaien naar die paar bomen vliegen in heel de wijde omgeving en waarom dat bij die specifieke tempel is.
In Occhra ga ik eten met een Canadees stel en een Wales / Nieuw Zeelands stel, genaamd Liam en Eila. Midden op straat ben ik compleet verwondert dat er op het menu als een van de specialiteiten het gerecht hutspot staat. Als Nederlander moet je dat gewoon proberen en ik moet zeggen dat het ook prima smaakte, al is het niet vergelijkbaar met hoe wij het maken. Ik denk meer dat het verlangen naar Nederland is wat het lekker liet smaken. Echter ik was niet de enige die er zo over dacht. Gelijk bij het opdienen komt er een stier achter me staan, die ook mee wil eten. Op enkele centimeters afstand staat de stier me met kwijlende bek aan te kijken en zie je hem afvragen, wanneer hij aan tafel mag. Zo dicht leeft de heilige koe nu in India bij de mensen. Geweldig en ik moet zeggen dat ik er eigenlijk al aan gewend ben nu. Na wat afschudwerk van mij met de plastic stoel en het nodige snuifwerk van de stier, komt de buurman de oplossing bieden en jaagt de stier met zijn plastic stoel weg.
In Gwalior gebeurt me nog iets. Ik zoek altijd vooraf een hotel op en maak een deal dat ik voor een klein bedrag van 50 roepies (1 euro) gebruik kan maken van toilet en douche en dat ik kan overnachten binnen de hekken. Das iets beter en als het echt niet anders kan, dan duik ik de straat op en zie ik wel. Dit keer in Gwalior had ik vooraf alles doorgesproken en alles was akkoord. Alleen de oude smurf, zag me rond middennacht in het hotel en stuurde allerlei tropen op me af. Ik kon al niet slapen en nu had ik de Engelssprekende gasten van hotel naast me staan om me te vertellen dat ik om 00.30 uur moest oprotten van hen terrein. De MD (ik denk managing director) gaf geen toestemming meer. Natuurlijk heb ik daar de nodige stennis gemaakt, maar die oude Indiase zak gaf geen kick en had maar 1 optie. Ik heb de spullen maar gepakt en ben weg gereden. Ik heb daar zo’n bloedhekel aan he. Maak je een goede (prijs)afspraak en dan doen ze dit. Luid toeterend heb ik die oude zak een koekje van eigen deeg gegeven en even fijn wat mensen wakker geschud. De toeter was even mijn klankbord. Nu waren zijn klanten helemaal niet blij, maar het maakt niets uit in India. Alles is normaal. Te normaal is eigenlijk abnormaal en dit was dan meteen de eerste keer dat ik weer eens ergens wordt weggestuurd onderweg. Soms zit t mee en soms t tegen. Gelukkig had ik niet gedronken en kon ik een fijn plekkie vinden omstreeks 01.00 uur naast een ander groot hotel op een openbare parkeerplaats. Als je goedkoop wilt slapen, moet je we3l eens genoegen nemen met dit soort “persoonlijkheden”.
Overigen
In Allahabad heb ik weer eens wat inkopen gedaan. Een korte broek voor 1 euro van te merk Reebok. Pure kwaliteit natuurlijk en ik heb me eens een flesje rum gekocht voor de slaapmutsjes. Soms kun je echt nog niet slapen door de hitte en een beetje rum, werkt dan prima. Je vind zo je alternatieve maniertjes onderweg. Bier kun je nooit koud houden en een flesje koude cola vind je overal.
De eerste week alleen reizen was erg heftig. Nu na 8 maanden gezamenlijk reizen viel het ook even verschrikkelijk tegen. Ik had me helemaal ingesteld op een reis, een doel, een traject, enz. Als dat wegvalt vraag je je een heleboel af. Je voelt je alleen en er flitsen duizenden opties door je hoofd, als reactie op alles. Ik had al een reis door Afrika terug gepland, zou direct door naar Australië, , misschien via middenoosten terug en had nog veel meer wilde plannen, die langzaam zijn afgevlakt nu. Ik reis nu alleen en dat bevalt. Het is soms wat moeilijker geweest in de eerste dagen misschien, maar ik kan nu eenmaal snel schakelen en ook nu kwam dat goed van pas. Inmiddels zijn de plannen weer groter als de consequenties die ik al voor mezelf al had getrokken en daar houd ik me voorlopig maar eens even aan vast. Ik weet weer waar het mij al jaren om ging. Een grote lange reis maken en als ik het alleen moet doen, dan doe ik het wel alleen. Het zei zo. Die reis die gaat af ! En alles wat tussendoor op mijn pad komt, bekijk ik dan wel weer.
Ik had wel een terugslag in de gewenning aan het weer. De eerste dagen heb ik redelijk veel kilometers gemaakt en at ik 2 keer per dag. Vooral na de slechte maaltijd bij de boerenfamilie voelde ik me goed brak en ben ik op zoek gegaan naar een goed ontbijt, die me niet voldoende energie gaf en me weer op de pot liet zitten. Nu gaat dat beter. Ik moest erg wennen aan het Indiase voedsel, maar nu voel ik me weer de koning van de weg. Met 5 liter water per dag en 3 maaltijden gaat het goed. Al blijft de warmte op mijn lichaam slaan. Tegen 8 uur in de avond ben je al doodop. Daar valt niets aan te doen en het is te heet om te slapen op dat tijdstip. Tussen 23.00 uur en 8.00 uur valt er goed te slapen en pak je voldoende rust. Het echte zwervende leven is begonnen en kan rijden naar de plekken waar ik wil. Laat de wereld maar even verrekken. Als ze missen ben ik even vissen.